Frans Wyters en Lisette Van De Reysen vertellen over Essen vroeger en nu

Essen vroeger en nu. Frans Wyters en Lisette Van de Reysen vertellen!

Frans Wyters (78) en Lisette Van de Reysen (77) zijn geboren en getogen in Essen. Lisette komt oorspronkelijk van Horendonk en Frans heeft altijd in Essen zelf gewoond. Heel toevallig waren hun vaders allebei slachter in Antwerpen, maar geen collega’s bij hetzelfde bedrijf.

Patatjes in luciferdoosjes

“Mijn jeugd heb ik doorgebracht op Horendonk, we woonden aan de Kraaienberg”, vertelt Lisette. “Ik ging naar de meisjesschool, bij de nonnetjes. Dat was in een klooster naast café De Arabieren. We waren met acht kinderen thuis, zes meisjes en twee jongens. We hadden een heel grote hof en kinderen kwamen vaak bij ons spelen. Het was zandgrond en we groeven putten, bouwden huisjes waar we dan winkeltje speelden. We verzamelden van alles, zoals zilverpapier en stukjes glas en tegeltjes. Dat was dan zogenaamd geld waar we mee gingen kopen in ons zelfgebouwde winkeltje. Van lucifersdoosjes maakten we kleine kastjes en van heel kleine patatjes poppetjes, die ‘sliepen’ in de laatjes van de lucifersdoosjes.”

Essen - Kinderen Van de Reysen - Lisette
Het meisje links voor is Lisette
In de nok van het gemeentehuis

“Ik ben geboren in de Kapelstraat”, zegt Frans. “Daar waar nu garage Mies is. Omdat er zo weinig verkeer was voetbalden we op straat, maar ook wel tussen de koeien in de wei. Toen het gemeentehuis in aanbouw was, ben ik in de nok geklommen en durfde er niet meer vanaf. De brandweer heeft met er met de kraan af moeten halen. Ik was een erge deugniet en samen met mijn neven haalden we van alles uit. We speelden circusje en maakten een trapeze van touwen. Toen heb ik per ongeluk bijna mijn neef opgehangen. Ik ging naar de jongensschool in Essen, waar nu de bib is. Nadien ben ik naar de vakschool in Borgerhout en Merksem gegaan, waar ik techniek studeerde.”

Essen vroeger en nu. Frans Wyters en Lisette Van de Reysen vertellen!

Lopend naar Horendonk

“Na de lagere school ging ik werken bij mensen thuis in Antwerpen, in de Karel Geertsstraat in Borgerhout. Toen was ik veertien”, herinnert Lisette zich. “Daar moest ik kuisen, koken en op de kinderen passen. Het was echt hard werken. Ik was daar heel de week, op zaterdagavond mocht ik naar huis en moest maandagochtend weer terug binnen zijn. Die familie ging elk jaar twee maanden naar de kust en dan ging ik ook mee, maar ’s middags mocht ik naar het strand. Ik heb zeven jaar bij die familie gewerkt. Als ik in het weekend naar huis kwam, liep ik naar Horendonk, want ik had geen fiets. Dat was dik een uur wandelen. De laatste drie jaar had ik wel een fiets en door de week als ik in Antwerpen was, stalde ik die bij de bewaakte fietsenstalling. Die was waar nu Pleysier is.”

Lisette - Noordernieuws.be - HDB_9778s

Slachter was niks voor mij

“Ik wist niet wat ik wilde worden”, zegt Frans. “Dus nam mijn vader me mee naar de slachterij en daar zag ik een varken slachten. Toen ben ik gaan lopen, ik vond het vreselijk en ben het nooit meer vergeten. Op mijn elfde ging ik op de fiets naar Steenbergen om een bootje te gaan huren en te gaan vissen op de Rode Weel of de Lange Vaart. Vissen vond ik erg leuk en heb dat tot voor enkele jaren gedaan, ook op zee. Toen ik ging werken ben ik tien jaar bij een baas in Berchem gewerkt, Vocalor, een bedrijf in verwarmingen. Daar werkte veertig man en dertien daarvan kwamen uit Essen en daar heb ik het vak geleerd.”

Essen - Frans Wyters en Lisette Van de Reysen

In weer en wind op de fiets

“Drie jaar lang ging ik in weer en wind op de fiets naar klanten in de regio om installaties te plaatsen. Ik fietste naar Oost- en Westmalle, Sint-Lenaarts, Rijkevorsel, Kapellen, …. Het materiaal werd daar gebracht en wij plaatsten het. Na tien jaar ben ik met een maat een bvba in Mortsel begonnen, wat we vijf jaar hebben gedaan. Na werktijd werkte ik voor mezelf en heb in zo’n honderd woningen verwarmingen geplaatst. Na die vijf jaar ben ik voor mezelf begonnen.”

Essen vroeger en nu. Frans Wyters en Lisette Van de Reysen vertellen!

Van de Moerkantsebaan naar de Maststraat

“We waren achttien toen we verkering kregen”, lacht Lisette. “We kenden elkaar al heel lang, vanaf klein kind al, want mijn onkel was met de tante van Frans getrouwd. Bij het carnaval in café Den Block sloeg de vonk over en werden we een koppel. Mijn moeder en haar zus gingen overal mee naar toe en letten op onze jassen en sacoches en natuurlijk op ons. Maar we wisten toch een afspraakje te maken en na vier jaar zijn we op ons 22ste getrouwd. We zijn in de Moerkantsebaan gaan wonen, bij het viaduct. Dat was maar klein en na twee jaar heeft Frans een huis gekocht in de Maststraat.”

Frans en Lisette - HDB_9779

Geen water en riolering in de straat

“Ondanks dat dat maar vijf jaar oud was, moest het helemaal opgeknapt worden. Dat huis was niet gebouwd, maar in elkaar gegooid. Maar ik was in verwachting van onze Nicole en we moesten naar iets groters verhuizen en er was niets anders te vinden. Althans, niet voor ons budget. Niets sloot goed, de plafonds, de muren, het was een bende en we hebben bijna alles moeten vervangen. Bovendien was er in die tijd nog geen water of riolering in die straat. Maar iedereen heeft geholpen en we konden het helemaal naar onze zin aanpassen. Alle jaren hebben we wat gedaan en het werd een fijne plek.”

Foto Lisette en Frans

Onze zonen hebben de zaak overgenomen

“Door de jaren heen heb ik er ook een garage, een bureel, een veranda en een magazijn geplaatst”, vult Frans aan. “Tussendoor ging ik nog vissen en soms aansluitend werken zonder geslapen te hebben.”
“De veranda mis ik het meest”, zegt Lisette. “Daar zat ik zo vaak, geweldig vond ik dat. We hebben vier kinderen mogen krijgen, twee meisjes en twee jongens. De jongens zijn ook in de zaak gegaan en hebben die overgenomen. Ivan en Eddy lijken sprekend op elkaar, zelfs ik hield ze vroeger niet uit elkaar. Wel als ik ze samen zag. Ik was niet de enige, heel veel mensen hadden er moeite mee en nog.”

Foto Frans Wyters

Verhuis naar de Stationsstraat

“Mijn moeder heeft 33 jaar bij ons gewoond en is 95 geworden”, vertelt Frans. “Mijn vader maar zeven jaar, hij overleed al op zijn 78ste. We wonen nu een jaar in de Stationsstraat, we zijn verhuisd om gezondheidsredenen.”
“Ik mocht geen trappen meer lopen of stofzuigen”, legt Lisette uit. “Ons huis was ook echt te groot geworden, maar we hebben geen minuut spijt gehad van onze verhuis en hebben het enorm met onze buren getroffen!”

Frans Wyters - moeder Lucia Van Ginneken - HDB_9792
Lucia Van Ginneken, de moeder van Frans
Essen vroeger en nu

“Essen was vroeger veel rustiger, er is zoveel veranderd en er zijn zoveel appartementen gekomen. Als ze nu een huis afbreken komen er appartementen voor in de plaats. Er is ook veel minder werkgelegenheid dan vroeger. Qua winkels is het erg achteruit gegaan. Vroeger kon je hier alles krijgen, maar nu moet je vaak naar Kalmthout of Roosendaal. Maar niet iedereen kan dat, niet iedereen heeft die mogelijkheid. Er is hier geen zwembad meer, geen ziekenhuis, het dichtstbijzijnde ziekenhuis is de Klina, maar daar is geen openbaar vervoer rechtstreeks naar toe. Dus ben je uren onderweg, want niet iedereen heeft een auto.” “Maar ik zou Essen nooit verlaten hebben”, vult Frans aan. “Ik ken hier iedereen en vind het nog steeds een aangename gemeente.”

Lisette en Frans - HDB_9787s

NN

Facebook262
Twitter
Follow Me
Tweet

Eén reactie

  1. Gabriels Anneke

    Dit verhaal was heel interessant voor mij, was met kindertijd met Lisette bevriend en haar vader is bij ons thuis dikwijls komen slachten. Ook mijn moeder was met haar moeder bevriend en fietsten dan samen ergens naartoe winkel, gelijk wat mooie reportage gelijk altijd