Voorzorgsmaatregelen

Heb juist naar de studentenfeesten gekeken in Leuven en de drooglegging van België is blijkbaar niet voor iedereen. We zijn nu ongeveer een goede zeven coronamaanden verder en ’t is er allemaal niet rooskleuriger op geworden. Hier thuis is alles nog ’t zelfde, ’s morgens om 8 uur leest en vertelt mijnen echtgenoot alles hardop wat in de gazet staat, maar wat ik om 5 uur al gelezen heb op mijne computer en dan beginnen de hevige discussies.

Het onderwerp van den dag was uiteraard de quote van de Vlaamse premier Alexander De Croo over de horeca “ Willen we nog een horeca in dit land ? want het is een branche met weinig kapitaal en lage winsten”. Blijkbaar stond er meer in dat interview met Trends en heeft VRT Nieuws daar verder onderzoek naar gedaan om één en ander recht te zetten. Allemaal goed en wel, maar die excellenties in onze regering, trouwens een aanspreekvorm uit de 16e eeuw en letterlijk “uwe voortreffelijkheid” betekent, die spreken zo verwarrend, vaag, onduidelijk en verdekt dat nen doorsnee mens er geen bal van begrijpt. Net zoals van de coronamaatregelen. Misschien zijn wij simpel van geest maar als die horecawoorden gezegd worden, dan is dat voor 90% van de bevolking toch een duidelijke uitspraak en al die fijne detailkes die er achter komen, vervallen in ‘t niets. Maar bon, dat zal de toekomst dan wel uitwijzen. Hetzelfde als de uitspraak van “uwe voortreffelijkheid De Croo”: als je mensen behandelt als kleuters, gedragen ze zich ook als kleuters”.
Binnen een goed 1,5 jaar wordt ik er 70 en na die zeven coronamaanden voel ik mij, en ikke waarschijnlijk niet alleen, inderdaad al die tijd behandeld als een kleuter. Alhoewel langs achter gezien fluiten de mannen nog omdat ‘k ne paardenstaart heb, want de coiffeur is al zeven maanden geleden, kwestie van niet besmet te raken, en aan de voorkant vragen ze of ik hulp nodig heb om over te steken. Die bubbels veranderen constant, hoe minder groot den bubbel hoe liever ze ’t hebben, dus nen babbel links of rechts heb je ook niet meer. Maar op den tram en de bus staan ze opeengeplakt om nog maar te zwijgen over betogingen, voetbalstadions en uiteraard DE risicogroepen die niet bij naam genoemd mogen worden. Als de mogelijkheid zou bestaan dat in de toekomst de horeca inderdaad foetsie zou zijn, hebben wij in ons gezin veiligheidshalve al maatregelen getroffen. Zoals tijdens de drooglegging in het Amerika van de jaren 1920/1933, toen het alcoholisme uitgebannen moest worden en iedereen geheelonthouder moest worden hebben wij onzen hof en onze kelder volledig heringericht. In den hof gaan we kweepeerbomen planten, voor onze zelfgemaakte sterke drank en in de kelder staat het al tot aan de nok vol met bakken Duvel, 1000 flessen Campari en 1000 flessen witte en rosé wijn. En vermits sigaretten, wegens ongezond, in de toekomst ook nog wel zullen verdwijnen zat er niks anders op dan de kruipkelder ook vol te stouwen met 1000 pakken lange Kent. Dat was wel een heel investering maar je geld geraak je toch niet meer kwijt. Want je komt amper buiten, dus rondlopen in nen ouwen trainer is meer dan goed genoeg.
Dat door het mogelijk verdwijnen van alle cafés én het mogelijk verbod op sigaretten de Staat véél accijnzen gaat mislopen, er een zwarte markt en een groei van georganiseerde criminaliteit zal ontstaan én schade aan de economie toegebracht wordt, daar zullen de excellenties, de uwe voortreffelijkheden, niet aan gedacht hebben. Maar dat is waarschijnlijk niet erg, ze zullen de centen wel bij de geheelonthouders en de niet-rokers halen. En de criminelen, zoals Al Capone in den tijd, zullen goed geld verdienen aan hunne illegaal gestookte drank.

Jeannine

19