Gebruik jij hem ook? Die snoozeknop die je nog even negen minuten extra laat genieten van je warme bed. Nog één keer omdraaien en terugkeren naar dromenland, nog even niets hoeven doen. En toegegeven, dat kan zalig voelen. Sommigen zetten hun wekker zelfs expres vroeger – tot wel een uur – zodat ze meerdere keren achter elkaar kunnen snoozen. Een beetje luxe, denken we dan.
Voor veel mensen lijkt de snoozeknop onmisbaar om goed aan de dag te kunnen beginnen. Een perfecte start, zo voelt die tussenfase tussen slapen en wakker zijn. Maar eigenlijk is het helemaal geen rustmoment. Iets wat weinig mensen beseffen… Integendeel zelfs: snoozen maakt je op termijn méér moe. En het werkt bovendien ook nog eens verslavend.
Wat veel mensen niet weten, is dat de zogenaamde rust die je tijdens het snoozen ervaart, geen diepe slaap meer is. Je zit in een lichte, gefragmenteerde slaapfase waarin je lichaam niet echt herstelt. Het gevolg: je wordt uiteindelijk vermoeider wakker dan wanneer je meteen was opgestaan.
Je lichaam krijgt tegenstrijdige signalen
Wanneer je wekker voor het eerst afgaat, krijgt je lichaam het signaal dat het tijd is om op te staan. Het maakt cortisol en dopamine aan – stoffen die je helpen wakker worden, zodat je met energie aan de dag kunt beginnen.
Maar zodra je op de snoozeknop drukt en opnieuw indommelt, schakelt je systeem weer terug. Er komt serotonine vrij, het stofje dat je helpt ontspannen.
Elke keer dat je snoozet, raakt je lichaam in de war. Slapen, wakker worden, slapen, wakker worden… Er worden dan verkeerde stoffen en hormonen aangemaakt op het verkeerde moment, wat je natuurlijke bioritme verstoort. Daardoor kun je groggy wakker worden. Het kan zelfs je biologische klok op lange termijn ontregelen – zelfs als je van nature een goede slaper bent.
Die verwarring in je brein leidt tot het zogeheten ‘sleep inertia’, een toestand van sufheid en verminderde alertheid na het ontwaken. Hoe vaker je snoozet, hoe groter de kans dat je deze sufheid meeneemt in je ochtendroutine — wat kan zorgen voor verminderde prestaties op je werk of school.
De wekker als stoorzender in de slaapkamer
Wat vaak over het hoofd wordt gezien, is het effect van snoozen op je omgeving. Dat jij denkt er geen last van te hebben, betekent niet dat je partner er geen hinder van ondervindt. Die wekker die om de negen minuten opnieuw afgaat, is vaak een echte stoorzender.
Zelfs mensen die normaal goed doorslapen, kunnen gewekt worden door het telkens weer aanspringen van het alarm. Half wakker worden is al genoeg om uit de diepe slaapfase gehaald te worden. En dat voel je pas later op de dag: je bent vermoeider, hebt een korter lontje, minder focus of gewoon… minder veerkracht.
Ook kan het flink wat ergernis geven, vooral als de snoozer vroeger uit bed moet dan de ander. Terwijl je partner nog wat probeert te slapen, gaat telkens opnieuw dat alarm af. Je hoeft dus geen slechte slaper te zijn om last te hebben van andermans ochtendgewoonte.
In huishoudens met kinderen of huisgenoten kan snoozen nog meer impact hebben. De herhaalde wekkers kunnen de hele ochtendrust verstoren, wat spanningen of stress aan het begin van de dag kan veroorzaken. Dat terwijl een rustige ochtend juist belangrijk is voor een goede start.
Snoozen voelt fijn, maar werkt tegen je
Het verraderlijke aan snoozen is dat het zó goed voelt. Even indommelen werkt rustgevend – en precies dát moment is zo verslavend. Je hersenen krijgen een klein ‘beloningsmoment’ door het vrijgekomen serotonine. Daardoor wordt het nog moeilijker om ermee te stoppen.
Toch loont het écht om de snoozeknop af te leren. Ik zeg niet dat je vanaf nu meteen uit bed moet springen, maar het is wél gezonder voor je lichaam en brein als je opstaat kort na het eerste wekkersignaal. Je slaap wordt dan langer én dieper, met meer kans op de broodnodige REM-slaap – belangrijk voor je mentale herstel. Je slaapkwaliteit verbetert, en je begint je dag energieker. Dit zal vast ook een positief effect hebben op je ochtendhumeur, mocht je daar misschien ook last van hebben. 😉
Studies tonen zelfs aan dat mensen die niet snoozen, gemiddeld een betere concentratie en een stabieler humeur hebben gedurende de dag. Het vermijden van snoozen zorgt dus niet alleen voor een betere ochtend, maar ook voor meer productiviteit op de lange termijn.
De kracht van een klein ochtendritueel
Voor veel mensen is het even wennen om deze gewoonte los te laten. Maar al snel merken ze dat ze met meer energie aan hun dag beginnen. En wie een regelmatig bioritme ontwikkelt, wordt vaak vanzelf wakker rond hetzelfde uur – nog vóór de wekker afgaat.
Dat heb ik zelf ook mogen ervaren. Vroeger had ik, net als zovelen, een haat-liefdeverhouding met mijn wekker. Nu komt het zelden nog voor dat ik er echt door wakker moet worden. Dat geeft rust – en een aangenamere start van de dag.
Een vast ochtendritueel hoeft niet complex te zijn. Een glas water drinken, even rekken, de gordijnen opendoen en rustig ontbijten zijn al genoeg om je brein te activeren. Wie dat dagelijks herhaalt, heeft die snoozeknop niet meer nodig.
🎧 Beluister ook de podcast
Wil je meer weten over gezond slapen en ochtendroutines? Beluister dan de podcast op Spotify:
Meer weten over gezond en natuurlijk slapen?
Heb je last van slapeloosheid? Sta je vaak moe op, ondanks genoeg uren slaap? En heb je al van alles geprobeerd om je nachtrust te verbeteren, zonder écht tot rust te komen?
Je bent zeker niet de enige. Slaapproblemen zijn vaak hardnekkig, maar kleine veranderingen maken op termijn een groot verschil — voor jezelf én je omgeving.
Wil je ontdekken wat voor jou werkt, of ben je op zoek naar ondersteuning? Meer info vind je op mijn website.