Het is niet bekend wanneer het buskruit precies naar Europa kwam, maar in 1267 beschreef de Engelse wijsgeer Roger Bacon als een van de eerste Europeanen de Chinese uitvinding waarmee je projectielen kon afvuren.
Gewoon beroep
In de 14de eeuw was buskruitmaker een heel gewoon beroep. Deze ambachtsman moest salpeter, zwavel en houtskool mengen tot buskruit. In het begin werden de ingrediënten zorgvuldig fijngestampt in een vijzel, maar toen de vraag in de 1d5e eeuw sterk toenam, verschenen er speciale kruitmolens. Meerdere kruitmakers mengden de ingrediënten in grote troggen en het buskruit werd gemengd met behulp van grote balken, die door een watermolen of ezel werden aangedreven.
Urine
Om te voorkomen dat hun product spontaan ontplofte, maakten de buskruitmakers het nat met water, wijn of urine. Als laatste werd het kruit gedroogd in de buitenlucht of in een speciaal drooghuis. In de 1d9e eeuw werden de meeste buskruitmakers werkeloos, omdat er betere springstoffen op de markt kwamen, zoals dynamiet in 1867. Volgens middeleeuwse handleidingen bestaat goed buskruit uit zes delen salpeter, één deel zwavel en één deel houtskool van lindehout (toch het veiligst om dit recept niet zelf uit te proberen).
Paul Witters